Ik heb een verschrikkelijke hekel aan vliegen. Dat zullen velen niet met mij delen, maar ik heb er echt een broertje aan dood. Ik ben drie keer in mijn leven met zo’n kist meegeweest en dat terwijl ik mezelf na die eerste keer al beloofd had dat nooit weer te doen. Maar ruim vijf jaar geleden wilden we in december even een weekje naar de zon en het reisdoel werd Fuerte Ventura. Nu is het ondoenlijk om met een auto naar de Canarische eilanden te gaan, dus we zijn toch maar weer in zo’n vliegende sigaar gestapt. Extra presentje van Martinair: een tussenlanding op Tenerife.

My goodness! De ‘voorweeën’ gierden als een kudde losgeslagen buffels door mijn buik heen toen ik instapte. Natuurlijk kregen we een raamplaats. Ook dat nog! Dan ik beter zien hoe hoog we wel niet boven de grond zitten. De eerste momenten tijdens het opstijgen krijg ik het al benauwd. Mijn voeten stijf op de grond, de leuningen kraken onder mijn handen die langzaam maar vastberaden tot klauwen worden. Adem inhouden en dan begint het feest. Ik bijt mijn partner toe dat hij doodstil moet blijven zitten: ‘niet bewegen alsjeblieft!’ Uit pure angst dat het vliegtuig dan gaat schommelen. Ondertussen bewijzen de stewardessen dat je wel degelijk kunt leven in zo’n toestel, want we zijn nog niet op hoogte of ze beginnen al rond te lopen als een stel ijverige mieren. Ze gaan me voordoen wat we moeten doen als de zuurstof uitvalt! En wat je moet doen als we met ernstige turbulentie te kampen krijgen! Zwemvesten worden uitgepakt en gedemonstreerd voor als we neerstorten. Lekker opwekkend allemaal. Even later staat er dan ook nog een of andere speelfilm voor je neus te draaien en als je dubbel pech hebt is het ook nog een rampenfilm.

Ruim drie uur later schieten mijn oren vol met illusoire peur zodat ik drie paracetamolletjes tegelijk moet innemen tegen de onverdraaglijke oorpijn, die inmiddels door het luchtdruk-fenomeen wordt veroorzaakt. Het applaus dat volgt op de landing vertelt mij dat niemand het vanzelfsprekend vindt dat je met z’n allen weer veilig op de bodem wordt gezet. Die tussenlanding was het kadootje dus, want er moest opnieuw opgestegen worden omdat we nog niet op de plaats van bestemming waren. Tegen de tijd dat je denkt dat je weer rustig op de goede hoogte hangt, wordt de daling naar Fuerte Ventura alweer ingezet. Weer de adem in, opnieuw een groot applaus en even later sta je dan in de brandende zon in december tegen een paar kerstbomen aan te kijken.

Ik zal verder niet uitwijden over die week op Fuerte Ventura. Ik miste mijn ‘buddy’ Mara mijn witte herder enorm en ik wist dat zij mij verschrikkelijk miste en doodongelukkig was. Wellicht was dat de reden dat ik de tweede dag al ziek werd en me teweer moest stellen tegen een enorme griep die nog niet over was toen we terugkeerden. De terugvlucht heeft me definitief doen besluiten dat dit de ALLERLAATSTE keer was dat ik me zou laten verleiden om in zo’n aluminium namaakvogel te kruipen.

We zaten nog niet hoog en breed in het vliegtuig toen de mieren met hun rode hoedjes de Nederlandse versie van de Telegraaf begonnen uit te delen. Op de voorpagina prijkte een foto van een bebloed en gehavend echtpaar. Het bijbehorende artikel kopte: “Echtpaar overleeft vliegtuigongeluk”. De verwijtende toon waarop mijn metgezel de vrijgevige stewardess vertelde dat het tijdstip van uitdelen niet zo tactisch gekozen was, heb ik niet eens gehoord. Mijn oren zaten toch al weer verstopt en ik concentreerde me alleen nog maar op de ‘verschoning’ die onbereikbaar in een koffer in de bagageruimte van het vliegtuig lag terwijl ik die juist op dat moment zo hard nodig had…

Categorieën: Reisverhalen

9 reacties

pepe · 17 juni 2004 op 07:53

Jammer dat je niet kan genieten van het vliegen in zo’n namaakvogel, ik zal maar niet vragen of je ooit zelf zonder die vogel zou willen vliegen? Bv. bungee-jumpen of deltavliegen… dat eerste is echt te gek, zelf springen van een mooie hoogte, heel even het zweefgevoel hebben hmmm heerlijk!!

leuke column, ik zou er vliegangst van krijgen 😉 Levendig beschreven

Ma3anne · 17 juni 2004 op 08:14

Hijs fijn! 😮
Ik hou het toch maar bij mijn bezem. 😛

Kees Schilder · 17 juni 2004 op 08:38

ja, je zou er vliegangst van krijgen.Het is dat ik die al heb 😀

pleuro · 17 juni 2004 op 10:19

Zal ik gewoon de volgende keer je handje vasthouden als je PM 😀

Dit was weer een lekker begin van de dag Irma, zal aan je denken als ik volgende week in het vliegtuig stap!

Mosje · 17 juni 2004 op 21:45

Als ik een medepassagier angstig zie kijken heb ik altijd een geruststellende mededeling:
“De meeste vliegtuigen komen op hun pootjes terecht.”
Vraag me af waarom er dan nooit opgelucht gereageerd wordt.
Gaaf verhaaltje!

Louise · 18 juni 2004 op 01:34

Weet je Irma, je weet je angst wel zo goed over te brengen dat ik op dit moment gewoon denk: goh, eigenlijk is het ook wel erg gevaarlijk zo’n groot ding zomaar in de lucht…

én bedankt! 😉 😉

Mooie column weer!

sally · 18 juni 2004 op 21:24

Die week ziek is voor mij vooral heel herkenbaar.
Bijna elke vakantie ben ik een week ziek,zwak en misselijk. Puur spanning denk ik.
En dat voornemen :nooit meer!!
Zeeeer bekend!
Ik lijd met je mee Irma
Een column op mijn lijf geschreven.
groeten Sally

Irma · 19 juni 2004 op 14:20

Bedankt voor jullie reacties!

En eeh.. Pepe, inderdaad zul je mij die andere ‘luchtacrobatiek’ niet zien doen. Als ‘luchtteken’ zweef ik al genoeg en blijf ik liever met twee benen op de grond staan 😉

viking · 23 juni 2004 op 09:29

Hahahaa

Je hebt snel vrienden gemaakt hier op CX, waaronder enkelen die een bezem als vervoermiddel gebruiken. Misschien iets voor jou?

Geef een reactie

Avatar plaatshouder