“Zeg, hoe heet die renner ook al weer?”

Slinks en sluiks slaat hij toe en er is geen ontkomen aan.

Net als je wilt omdraaien van de koffieautomaat staat hij achter je, de vervelende kenniscollega. Slinks en sluiks slaat hij toe en er is geen ontkomen aan. “Zeg, hoe heet die renner ook al weer”. Welke? “Ach, toe nou joh, die iedereen de vernieling in reed in de Giro van 2001”. “Casero?”. “Neh, die won de Vuelta”. De Spaanse tongval waarmee het Vuelta over zijn lippen glijdt verraadt een man de wereld. Met klakkende tong begeleidt hij zijn knippende vingers waar weldra een beschuldigend wijsvingertje uitsteekt: “Simoni!”, en zelfverzekerd beent hij weg, op zoek naar nieuwe slachtoffers om zijn kenniskogels op af te schieten. “Zeg Theo, hoe heet die voetballer ook al weer?”.

Het patroon is herkenbaar maar fnuikend effectief. Ogenschijnlijk kwetsbaar doet hij een beroep op jouw roestige databank, om vervolgens het juiste antwoord als een boemerang in je nek te werpen. Dan is zijn genot voorbij en keert hij zijn toehoorder verzadigd de rug toe.

Op de jaarlijkse barbecue is hij degene die het vuur ontsteekt waar beroete collega’s met rokende haardossen de handdoek al lang in de ring hebben gegooid. Complimenten wimpelt hij weg. “Een routineklusje” glimlacht hij vals verlegen, terwijl hij de hamburgers als een volleerde pizzabakker door de lucht slingert.

“Wanneer denk je trouwens iets aan je schuurtje te zullen doen?” informeert hij vals als het gezelschap een voor hem acceptabele dichtheid heeft bereikt. “Mocht je inspiratie willen opdoen dan staat mijn deur altijd open, dat weet je toch?”. Zijn operatie “rosegarden” bevindt zich in de afrondende fase, compleet met spuitende fonteinen en neogotische ornamenten. Allemaal zelf gedaan, inclusief water-, gas- en elektriciteitswerk. Nu kan hij lekker een beginnetje maken met de uitbouw van de serre.

Toch is niet alles crescendo gegaan in zijn turbulente leven vertrouwt hij ons toe naarmate de avond vordert. Belangstelling was er genoeg. Ajax, Feyenoord en PSV dongen alledrie naar zijn gunsten. “En tweebenig hé?”. Om dit te onderstrepen slaat hij met vlakke hand achtereenvolgens op zijn linker- en rechterdijbeen. Een slopende knieblessure noopten hem echter zijn carrière vroegtijdig te beëindigen.

Toch hebben zijn contacten in de voetbalwereld er niet onder geleden getuige de manier waarop hij voetballers pleegt te tutoyeren: “Loetje naar PSV, zei ik je het niet?”. Wie? “Kalou! Als Jorien verstandig is laat hij hem gaan”, zijn sportkennis lijkt van een bovenaards niveau.

Maar stilaan verliest Koos zijn grip. De goochelaar laat te vaak het konijn in zijn linker broekzak verdwijnen, en vorig jaar zette het verval zich in.

Johan Derksen, in het opinievormende Voetbal inside, trok verveeld aan zijn sigaar om andermaal een proefballonnetje uit te blazen. Bergkamp vegeteerde bij Arsenal en wat zou het toch mooi zijn als hij zijn laatste voetbaldagen zou kunnen slijten bij het ambitieuze Fullham. Speelminuten genoeg om zijn imposante carrière het slot te geven die het verdiende.

Anderdaags tikte kennis Koos mij op het schouder. Wat ik van Bergkamp vond. Ik vertelde Koos mijn Bergkampdrieluik: sympathieke voetballer, fluwelen balbehandeling en leuk met kinderen. “Ja, toch onvoorstelbaar dat Dennis niet de overstap naar Fullham maakt!”. Zijn hoofd schudt meewarig en afwezig staart Koos naar verre einders. “Voetbal insite?” Koos schrikt op. “Niet gezien nee”. Koos was de hele avond met leidingen in de weer geweest. Project “Whirlpool” is zo goed als zeker afgerond, waarna hij alle aftrekposten voor de belastingdienst alfabetisch in kaart had gebracht. Geen tijd voor televisie, hoewel hij voornemens is meer van zijn plasmascherm te gaan genieten, zeker nu hij alle kabels uit het zicht heeft gemetseld.

Maar Koos voelt nattigheid, zijn kennisimperium is tanende en hij weet het. Nu werp ik Zondags met vermetel genoegen een dartspijl op de indexpagina van de wielerencyclopedie. “Zeg Koos, hoe heette die renner ook al weer die in “La grande Boucle” van 1960 bij iedereen wegpoefde? Was dat Maes niet?”.

Koos heeft overplaatsing aangevraagd, maar zo nu en dan echoot zijn klakkende tong nog door de wandelgangen: “He, help me even, hoe heette die kogelslingeraar ook al weer?”, maar het geluid van zijn knippende vingers vloeit langzaam weg.

Categorieën: Verhalen

9 reacties

Mosje · 22 juli 2005 op 14:12

Beste Skuur, hoe heet toch ook alweer die geblokte Russische sprinter, die in 1993 en 1994 de groene trui won in de Tour de France? En in 1991 ook, als ik me goed herinner.
😉

archangel · 22 juli 2005 op 14:15

Een paar slordigheidsfoutjes geconstateerd (die razende snelheid he?) maar wederom subliem geschreven! Keep ‘em coming!

Eddy Kielema · 22 juli 2005 op 14:21

Weet Koos ook wie volgend jaar de Tour gaat winnen? Dan vul ik dat alvast in op mijn tourtoto-formulier! 😉 Leuke, originele sportcolumn!

bert · 22 juli 2005 op 14:44

Op zich vond ik het een heel goed geschreven column. Ik vond het wel storend dat de eerste twee zinnen herhaald werden.
Volgens mij had het compacter gekunt en zeker niet in kwaliteit verminderd als de twee ‘Toch’ alinea’s en de ‘Johan’ alinea waren weggelaten.

Kees Schilder · 22 juli 2005 op 15:05

Steengoed!

Ma3anne · 22 juli 2005 op 15:27

Rake humoristische typering van die etterbak, euh, hoe heet ie ook alweer?

O ja, Klaas!

Louise · 23 juli 2005 op 08:17

Humor en venijn zijn de ideale ingredienten voor een column 😉
[quote]als het gezelschap een voor hem acceptabele dichtheid heeft bereikt.[/quote]
😛

Raindog · 23 juli 2005 op 11:34

Oh, dit is een prachtige column!
Heel erg vermakelijk en prachtig opgebouwd.

sally · 24 juli 2005 op 00:46

Sorry, ik had `m even gemist deze column.

Erg leuk!

Sally

Geef een reactie

Avatar plaatshouder