Het was de vooravond van de parlementsverkiezingen. Ik had de hele dag hard gewerkt en had me bij thuiskomst omgekleed van keurig mantelpakje naar comfortabele slobberende outfit. Je kon mij rekenen tot de categorie ‘zwevende kiezer’. Ik wist nog altijd niet wat ik morgen zou gaan stemmen. Na het eten ging ik op de bank liggen, en zette de tv aan. Verkiezingsdebat. De lijsttrekkers zetten hun beste beentje voor. Geen persoonsgerichte kwinkslagen maar een inhoudelijk debat, zo leek het. Nu zou het toch wel gauw duidelijk worden wat ik moest gaan stemmen. Ik lag tevreden op de bank te kijken, met de kat op mijn benen. Loom trok ik het elastiekje los dat mijn haar de hele dag in een keurslijf had gehouden. De kat speelde even met mijn losse haarspeldjes, terwijl ik vermoeid in mijn ogen wreef. Daardoor kwam de eyeliner in contact met de mascara en samen met het beetje oogschaduw dat nog over was, begonnen ze van hun plaats te komen, waardoor ik wat zwartsel onder mijn contactlens kreeg. Au! Door mijn plotselinge schrikbeweging wreef ik de lens ook nog eens van zijn plaats. Hij klemde zich ergens op mijn oogwit vast. Ik zag de lijsttrekkers nu nog maar met één oog scherp, terwijl mijn andere oog pijnlijk protesteerde tegen de misplaatste lens. Ik tastte wat machteloos om mij heen, op zoek naar een handig spiegeltje binnen handbereik, aangezien de poes reeds moegespeeld in de slaap der onschuldigen verzeild was geraakt en ik mij niet onder hem vandaan zou kunnen wurmen zonder zijn rust te verstoren. Een spiegeltje was nergens te vinden. Ik probeerde het nog even uit te houden. Maar terwijl de lijsttrekkers de slotfase van het debat in werden gemanoeuvreerd door de twee paradepaardjes van de Nederlandse politieke journalistiek, maakte mijn misplaatste lens mij duidelijk dat het zo echt niet langer kon.

Behoedzaam probeerde ik onder de poes vandaan te schuiven, die natuurlijk onmiddellijk ontwaakte en mij met zijn twee uiterst scherp ziende ogen verwijtend aankeek. Ik liep op de tast naar de spiegel in het toilet, waar ik na lang zoeken eindelijk de dolende lens achter mijn ooglid aantrof en op zijn plaats kon zetten. Nu kon ik mezelf aankijken. Ai. Ik zag een nogal verlopen type, gehuld in vodden, grote zwartgeverfde wallen en strepen onder haar ogen, slierten haar met hier en daar een bungelend haarspeldje treurig langs haar wangen, en dan dat ene bloeddoorlopen oog. Het was wel duidelijk. Ik moest morgen maar gaan stemmen voor de partij die het opnam voor sociaal zwakkeren.

Categorieën: Politiek

4 reacties

ctrl · 2 mei 2003 op 21:31

Sp?

Yoyogro · 2 mei 2003 op 22:52

Jij mag nooit meer raden.

Yoyogro

Kees Schilder · 3 mei 2003 op 09:33

Vind je column erg goed!!
groet
kees

Clueless · 4 mei 2003 op 22:32

In één adem uitgelezen, anticiperend op de ‘clue’ – die overigens niet teleurstelde. Leuke column!

Geef een reactie

Avatar plaatshouder