Soms mis je me nooit

We liggen op het strand te zanddromen. Tussen ons telt een vierjarig meisje vluchtende vlinders in haar slaap. Vaag weet ik dat ze heimelijk verliefd is op zijn ochtendogen; ze heeft het me nog maar elf keer verteld. Telkens met een glimlach die regenbogen in de zomerlucht zou schetsen. Maar zij strijkt dan ook de kreukels niet weg uit zijn ruitjeshemden.

Love, sex and magic

Terwijl ik me mentaal voorbereid op het verjaardagsfeestje van je opa, loop jij nu rond op school. Misschien geef je bijles aan het meisje dat jou stiekem leuk vindt, misschien wandel je door de gang met die knappe Aziatische collega, heel misschien denk je ook wel aan mij.

J’ ai mal

Tussen het ontwaken van narcissen door, mis ik hem. Zomaar. Ineens. Als die eerste zomerkriebels; ik kan er helemaal niks aan doen, maar stiekem wil ik het ook niet. Aan mijn kastdeur prijkt zijn foto die ik in een boze bui als doelwit uitkoos. Vogelpiek. Gooien maar; liefst nog recht in de roos ook.

Bedrogen door de Turkse buurman

Vrienden mag je [i]alles[/i] vragen. Geld. Een niet-vriend in elkaar rammelen. Zijn vriendin neuken. De planten water geven als-ie op ’t strand in Dubai ligt. Of gewoon een weekje fungeren als duivenoppas. Momenteel vliegen die rotdieren me dan ook om het hoofd als bijen om de honing. [i]Mais tout pour les amis[/i].