Oenema kijkt me aan alsof hij zojuist de extra Postcodeloterij straatprijs heeft uitgedeeld.
Ik probeer vanuit de schuuropening de aandacht van mevrouw te trekken, maar die staat nog steeds bij onze auto, startklaar om weer op huis aan te gaan en geeft geen krimp. De Globetrotter 401 staat wat verpieterd tussen de landbouwwerktuigen. Het is een exemplaar uit de tijd dat Campers nog kampeerauto’s heetten,
Ik meen zelfs een blauw nummerbord te onderscheiden, ten teken van een zover gevorderde leeftijd dat zelfs de overheid van mening is dat het genoeg geweest is wat betreft het betalen van de wegenbelasting.
Een eerste inspectie van dichtbij geeft aan het begrip vuil een geheel nieuwe betekenis.
Oenema duwt met zijn klomp het losse hooi opzij, loopt om de wagen heen en beklopt liefkozend de carrosserie. En passant geeft hij een kip die uit het half open portier naar buiten fladddert een venijnige schop. Het beest verdwijnt krijsend in het donker van de schuur,
‘Het manneke heeft een jaartje rust gehad, maar ik rij hem zo naar buiten, even de spuit erover en hij is weer Piek en Bello voor mekaar.’
Ik onderdruk de kwaadaardige neiging om hem te corrigeren. Het lijkt me ineens niet de tijd en plaats voor een taalkundig dispuut.
‘We doen het zo, meneer Trawant, u gaat met de vrouw naar het voorhuis te koffie drinken en met een uurtje heb ik ‘m zover dat u zonder mankeren op weg kan naar.. waar gaat de reis ook weer naartoe..? Oh ja, de Aardennen, die ken ik ”

Gelukkig hoef ik niet eens zo hard aan mevrouw te trekken om haar mee te krijgen naar de kop van de boerderij. Koffie prima, maar ze heeft me onder vier ogen ook nog het een en ander te vertellen aangaande de voorwaarden waaronder ze bereid is onze trip voort te zetten..
‘En je laat je niet tillen door die Zwendelaar.’
Ze heeft 1 blik op Oenema geworpen, voor haar over het algemeen genoeg om in de diepste krochten van haar slachtoffer af te kunnen dalen.
‘Er gaat minstens de helft van de prijs af en dat regel jij !
In de keuken van de familie Oenema ruikt het naar spruiten van lang geleden.
Mevrouw Oenema is omvangrijk, nee toe maar, ze is gigantisch en zit aan de keukentafel als een levende mastodont uit oeroude tijden toen het ijs het Friese land ook in de zomer bedekte.
Haar borsten rusten op het plastic tafelkleed als twee veteranen op een bankje voor café de Wereld.
Koffie..?

Sprakeloos staar ik naar de wonderen der natuur die zich hier voor mij ontvouwen.
En onwillekeurig schieten mijn gedachten naar een reportage die ik laatst zag over een lingeriewinkel waar men bij het handmatig vervaardigen van BH’s voor de grotere maten inmiddels al tot de helft van het alfabet en tot ver in het metrieke stelsel gevorderd was.
Hier sta ik oog in oog met op z’n minst een Dubbel K. Onder tafel wekt een vinnig trapje tegen mijn enkel me uit de droom.
‘Of je koffie wil’.
‘Ja graag’.
Mevrouw Oenema verheft zich en deint naar het verweerde granieten aanrecht.
Op de plek waar haar gemoed zojuist nog het tafelkleed beroerde zie ik twee verschoten plekken, precies daar waar de rode rozen in het motief zich uit een groene stengel wringen.
Pure poëzie.
‘Zo dus u komt uit de stad’.
‘Hmm’ , knikken we beiden in de maat..
‘En u wou dér eens even uit’.
Ook deze opmerking is recht op z’n kop.
Uit een kriebelend schuldgevoel over mijn genante vertoning van daarnet begin ik aan het verhaal over de voorgenomen wereldreis en de oefensessie die daar vanaf vandaag aan vooraf zou moeten gaan.
Maar met enkele non verbale signalen die alleen voor de goede verstaander zichtbaar zijn – en dat ben ik inmiddels- maakt Mevrouw Trawant me duidelijk dat ik weer eens veel te hard van stapel loop.
Beetje afstand graag, de benodigde onderhandelingsruimte van straks mag niet nu al in teveel hartelijkheid ten onder gaan.
Buiten hoor ik een startmotor gieren.. en weer afslaan..
‘Zo, dat klinkt gezond’, grap ik..
Mevouw Oenema lijkt het niet te horen en kijkt me aan met de lege blik van een vrouw die gewend is te zwijgen als de mannen spreken.
Hiermee is de resterende gesprekstof totaal uitgeput en omdat ook mevrouw Trawant, tegen haar gewoonte in, zonder een kik te geven nauwgezet de weilanden achter het keukenraam bestudeert, luisteren we gedrieën naar het tikken van de koekoeksklok boven het fornuis.
Een hartgrondige vloek dringt van buiten door; Oenema heeft het gevecht met de aandrijving van de Globetrotter 401 blijkbaar nog niet gewonnen..
Voor Mevrouw Trawant is het nu zo’n beetje genoeg geweest.
‘Zo’, zegt ze kordaat en maakt aanstalten om op te staan.
‘Ik denk dat we het hier maar bij moeten laten’.
Nu komt er ineens leven in de vleesberg, een koket lachje verschijnt op haar gezicht..
We moeten nog een kopje koffie nemen en ‘Menno’, wiens handigheid spreekwoordelijk schijnt te zijn, heel even zijn gang laten gaan. Ze weet zeker dat het binnen een kwartiertje gepiept zal zijn.
Dan komt de verhuurder zelf met een bezweet gezicht de keuken binnen.


10 reacties

Neuskleuter · 2 april 2008 op 17:23

Oh, oh, oh… Arme meneer en mevrouw Trawant! Wat een avontuur! En wat een heerlijke beschrijvingen. En dat terwijl het terrein van de verhuurder nog niet eens is verlaten. Ik ben al erg benieuwd naar het volgende deel!

[quote]Mevrouw Oenema is omvangrijk, nee toe maar, ze is gigantisch en zit aan de keukentafel als een levende mastodont uit oeroude tijden toen het ijs het Friese land ook in de zomer bedekte.[/quote]
Geweldig!

[quote]Op de plek waar haar gemoed zojuist nog het tafelkleed beroerde zie ik twee verschoten plekken, precies daar waar de rode rozen in het motief zich uit een groene stengel wringen.[/quote]
Precies. Je hebt de sfeer echt goed te pakken.

Nu alleen de interpunctie nog 😉

pally · 2 april 2008 op 18:08

Afschuwelijk geestig, Trawant!Wat een verhaal!
Kijk uit niet te breedsprakig te worden want dat is zonde.
Het stukje waarmee de 4e alinea begint zou wat mij betreft kunnen vervallen vanaf Sprakeloos tot: “of je koffie wil”.

[quote]haar borsten rusten op het plastic tafelkleed als twee veteranen op een bankje voor café de Wereld[/quote]
Geweldig! Hoe kom je d’r op!
Ik heb me weer rot gelachen. Kom maar op met het volgende deel…. 😆

groet van Pally

Dees · 2 april 2008 op 19:05

De quotes van NK vind ik ook de mooiste!

Verder is dit wel echt een tussendeel, niet zo hilarisch als nummer 1 en de echte climax komt natuurlijk pas in deel 3. Maar ik wacht in spanning af…

Li · 2 april 2008 op 19:23

[quote]Haar borsten rusten op het plastic tafelkleed als twee veteranen op een bankje voor café de Wereld[/quote]

Ik vind de beschrijvig van deze twee biggetjes geweldig! Het verhaal trouwens ook.

Li

lisa-marie · 2 april 2008 op 20:15

Ik ben benieuwd hoe dit gaat aflopen 😆

Ondertussen laat ik mijn gedachten gewoon op de vrije loop 😉

arta · 2 april 2008 op 20:48

Geweldig, die quotes: zoooo gelachen!
Op naar deel 3!
🙂

Fem · 2 april 2008 op 21:59

😆 😆 😆

… blijkbaar is het mogelijk een wereldreis te maken en avonturen te beleven zonder de grens ooit te bereiken…

😆 😆 😆

SIMBA · 3 april 2008 op 08:48

Ik zou bij Oenema op het erf gaan camperen; het animatie-team is al present! 😆

KawaSutra · 4 april 2008 op 20:04

Dit is pas een reisverhaal! En het is nog niet eens begonnen. Reislustig reis ik met je mee, ik kan niet wachten.

Mien · 2 augustus 2016 op 09:02

Heerlijke vakantie-ellende part two!

Geef een reactie

Avatar plaatshouder