Het was eindelijk zover, vrijdagmiddag. De werkweek zat er eindelijk op. Al het gezeik van de collega’s, afdelingsmanagers en andere zeikerds kon het hele weekend worden vergeten. Ik sta bij de bushalte, te wachten op de mooiste bus van de week. De bus die mij naar het kroegenplein zal rijden, waar ik mijn wel verdiende biertjes zal gaan drinken met mijn vrienden, die net als ik, eindelijk weekend hebben. Ik sta dus heel gemoedelijk te wachten in het zonnetje, met een lekker deuntje dat mijn oren word ingespoten door mijn I-pod die op standje gehoorschade staat. Al rokend overdenk ik het komende weekend en wat er allemaal gedaan moet worden. Kortom, ik sta een beetje doelloos voor me uit te staren met een niets zeggende blik die staart naar de eeuwigheid.
Maar dan, jawel dan, gebeurt het. Mijn ideale moment word ruw verstoord. Een oud echtpaar komt aangeschuifeld, want meer kan ik het niet meer noemen. Het is echt een typisch oud stel, je kent ze wel, dat type. Zij lopend met een rollator, tas voorin het mandje, maar wel paniekerig het hengsel vasthouden, want wie weet probeert iemand haar wel te beroven. En dan hij, haar koene ridder op het witte paard, tenminste 60 jaar geleden, want nu is het niet veel meer als een zak ouwe botten die hooguit “vlegel” naar je zal roepen als je ook daadwerkelijk dat tasje zou jatten.

Maar goed, die komen dus aangeschuifeld en houden mij ondertussen angstvallig in de gaten, of ik de verpersoonlijking ben van het pure kwaad. Ze staan nog niet naast me, of het gezeik begint al. Ze tikt me aan en vraagt of de bus al geweest is. “Zou ik dan nog hier staan uitgezakte trol”, denk ik bij mezelf, maar antwoord heel vriendelijk dat de bus er zo aan moet gaan komen. Alsof dit een open uitnodiging is, begint ze tegen mij te blaten over hoe vervelend het wel niet is dat de buurtbus niet meer rijd. Dat ze dus nu zeker 150 meter moeten lopen vanaf het verzorgingshuis naar deze halte. Maar ze wonen niet in het verzorgingstehuis zelf hoor, neeh, ze wonen in de aanleunwoningen, want ze zijn nog zo vitaal als wat. “Jah, daarom loop je ook gelijk te zeiken dat je 150 meter moet lopen heks”, denk ik bij mezelf. Ondertussen brabbel ik wat onverstaanbaars, wat moet doorgaan voor een vriendelijk antwoord.

Als ik een poging doe om mijn koptelefoon weer op te zetten, doet hij ook een duit in het zakje, want hij begint op zeer luide toon, zeg maar festivalvolume, te bleren tegen me dat harde muziek zo dicht op je oren heel slecht is voor je gehoor. Als ik hem even iets beter bestudeer, zie ik dat hij zelf twee giga gehoorapparaten in heeft, dus hij kan het weten. Ik besluit om hem even goed te pesten. Ik antwoord expres heel zachtjes, waarop hij zijn gehoorapparaten harder zet en zijn hand achter zijn oor zet als teken dat hij me niet heeft verstaan. Ik antwoord nogmaals, maar nu nog zachter als de eerste keer. Wederom gaan de gehoorapparaten harder en zie ik mijn kans schoon. Ik adem eens diep in, en schreeuw dan, op volume Thunderdome on steroids, dat het me een rotzorg zal zijn.

De man zijn ogen schieten wijd open, z’n mond klapt met een giga knal dicht, waardoor zijn ondergebit aan spinters vliegt en de tanden bij het oma’tje op haar kop regenen. Dan grijpt hij naar zijn oren, maakt een raar, ondefineerbaar geluid en grijpt dan naar zijn borststreek. Ja hoor, het is weer zover, ik heb ook altijd geluk. Opa krijgt een hartaanval, terwijl ik er gloeiende, gloeiende naast sta. Echt ongelooflijk. Oma raakt helemaal van slag, begint te gillen en mij met haar rollator te meppen.

Ik doe ondertussen een verwoede poging om tussen haar klappen door 112 te bellen. Als de verbinding eindelijk tot stand kom, gil ik om de politie. Nadat ik door ben verbonden, gil ik om hulp, omdat ik word mishandeld en in elkaar word geslagen. Dit heeft blijkbaar indruk gemaakt, want al na een paar minuten hoor ik van alle kanten politiesirenes mijn kant op komen. En passant heb ik ook om een ambulance gevraagd, omdat ik vermoed dat ik wel wat letsel zal hebben tegen de tijd dat de politie arriveert. Als de politie dan arriveert, ontfermen ze zich gelijk om de opa die daar nog altijd een dappere poging doet deze wereld te verlaten en in te ruilen voor het hemelse paradijs.

Ik word tegen de vlakte gedrukt en aangehouden in verband met mishandeling en open geweldpleging. Als ik gil dat ik degene ben die gebeld heeft en dat die randdebiele graftak mij aan het aftuigen was, word ik even aangekeken alsof ik verklaar dat ik de nieuwe president van Amerika ben. Zou ik overigens wel heel snel het één en ander veranderen, maar das weer een heel ander verhaal.
Toch zijn de agenten even van slag af en kijken twijfelend naar het oma’tje. Als die moord en brand begint te gillen en dreigt de eerste agent die haar zal beetpakken te bijten, zien de agenten hun fout in en grijpen met 4 man, type freefighter, het oma’tje en boeien haar aan armen en benen.
Ze vragen of ik mee wil naar het bureau voor wat nazorg en een bakje koffie, maar dat sla ik beleefd af, ik ga toch naar het terras toe, en bier en koffie vind mijn maag meestal niet zo’n geslaagde combinatie. Als de agenten weg zijn met het oma’tje, de ambulance de opa hebben meegenomen, die het wonder boven wonder weer deed toen ze hem de ambulance inschoven, keert de rust weer terug. Ik doe mijn muziek weer in, steek nog maar eens een peuk op en kijk nog eens om me heen. Dan zie ik het opschrift bij de vertrektijden. “Bus rijd niet op vrijdagen na 12.00.”
Ik vloek hardgrondig, vervloek alles wat los en vast zit en begin dan aan mijn wandeling van 20 minuten naar het centrum. Mijn weekend is begonnen.

Categorieën: Gein & Ongein

7 reacties

LouisP · 21 juni 2011 op 17:15

oei! Best wel zielig zeg..

Fem · 22 juni 2011 op 09:46

Misschien ligt het aan mij, maar de boodschap ontgaat me een beetje.

Wat wil je eigenlijk zeggen?

klapdoos · 22 juni 2011 op 10:20

Buiten het feit, dat áls het gebeurd is dat je weinig respect voor ouderen toont, komt je boodschap als je die al hebt niet over bij mij, of het zal aan mijn lezen liggen???

Mien · 22 juni 2011 op 11:17

Oeps … dat wordt wat als jij de leeftijd haalt van jouw hoofdpersonen. Misschien hebben ze dan wel een speciaal aangepast RTL4-programma: Speriosbastards.

Mien

SIMBA · 22 juni 2011 op 11:18

Het enige wat bij mij blijft hangen is, dat je wel vaak met de politie te maken hebt 😀

phoebe · 22 juni 2011 op 13:26

Ik vind het einde een leuke, verassende twist, maar je had het nog meer mogen aandikken van mij.

Het begin loopt niet lekker, ik denk teveel details, en niet goed lopende zinnen.

‘Ik sta te wachten op de bus.. Ik sta dus te wachten op de bus..’

Teveel herhaling in het eerste stukje, o.a.

Spherios · 23 juni 2011 op 08:36

Het gene ik probeerde duidelijk te maken waren 2 punten.

1. Het regionale streekvervoer met de meest idiote tijden waarop ze stoppen met rijden. (serieus waar dat ze op vrijdag vanaf een industrie/kantorengebied vanaf 12 uur niet meer rijden)

2. Het punt dat ouderen van dagen vaak lopen te schelden over de jeugd van tegenwoordig, maar zelf nogal eens een stuk erger zijn, en ermee weg denken te kunnen komen “omdat ze nu eenmaal deze respectabele leeftijd hebben bereikt”.

Deze twee punten tussen de lijnen door verwerkt in het bovenstaande zeer aangedikte stuk.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder