Vrijdagavond. Kees fietst naar het werk. Hij heeft er niet zoveel zin in vandaag. Maar plicht roept. Langzaam stromen de arbeiders op het industrieterrein de poorten binnen. Het distributiecentrum waar Kees werkzaam is ruikt naar meel, verpakkingsmateriaal en weeë zure lucht. Snel stopt hij zijn kaart in de prikklok en bergt zijn jas op. Door de grote speakers in de megahal klinkt Skyradio. Hol en leeg. De muziek zal zich vannacht herhalen. Moonlight shadow. Wel drie keer. Zwijgzaam haalt Kees een pallettruck op, ook wel BT genoemd. De accu’s van de BT zijn gelukkig al opgeladen voor de nachtploeg. Bij de magazijnchef haalt Kees zijn eerste orderbon op. Het wordt een vrachtje toiletpapier en chips laden. Lekker makkelijk. Kees stuurt zijn BT de toiletpapier- en chipsgang in en kan nog net de heftruck ontwijken die midden in de gang staat. Het is de heftruck van dronken Willem. Die laat zich altijd omhoog takelen door zijn collega Dries. Hij heeft weer eens flink gedronken en gaat zijn roes uitslapen op stelling 44, tussen het toiletpapier. Na de nachtlunch gaat hij pas aan de slag. Hij hoeft maar 20 orders te verwerken. Met zijn ervaring a piece of cake.

Om het uur gaat de pauzezoemer. Heel fijn want een bak koffie gaat er altijd in en houdt de nachtploeg wakker en scherp. Kees is nog niet echt opgenomen bij de nachtploeg. Hij is student en uitzendkracht. In de stoere distributiewereld kost het dan extra moeite om een plek te veroveren. Na de pauze checkt Kees of zijn BT niet stiekum is vastgebonden aan een stelling. Zijn twee pallets staan hoogopgestapeld en propvol. Het moment om waakzaam te zijn. De vaste krachten zijn dol op breukpakketten. Het is hun extra bonus. Een stukje verder staat een nieuweling zijn omgevallen vracht uit te pluizen. Hij is het slachtoffer van de nacht. De vaste krachten lachen in hun vuistje. Op de pallet stond veel wijn. Dat wordt een mooi breukpakket. Gelukkig is de BT van Willem niet vastgebonden.

De lunch is altijd het breekpunt van de nachtdienst. De pauze duurt veel te lang. Tijd voor een praatje. Onderwerp van gesprek zijn steevast gore moppen. De mannen met de meeste tattoes lachen het hardst. Kees lacht schaapachtig mee. Hij wil er graag bij horen. Ook de magazijnchef lacht mee. Heel belangrijk om hem te vriend te houden. Hij deelt namelijk de orders uit. De moppen zijn van bedenkelijk niveau. “Wat krijg je als je pinokkio pijpt?” “Splinters in je mond!” Er wordt hard gelachen. “Waarom mag sperma niet heter zijn dan 40 graden?” “Anders gaat je leuter fluiten”.

De nachtdienst zit er op. Het is 06:00 uur. Kees is blij dat ie naar huis kan. Met een leeg en slaperig hoofd glijdt hij op z’n fiets door de ochtendnevel. In de woonwijken staan de rozen in bloei en hangen de vlaggen en boekentassen in top. Vanavond heeft hij weer een eindexamenfeest. Thuis duikt Kees snel in bed. Hij heeft vanmiddag nog strafcornertraining. Die mag hij niet missen. Kees speelt tophockey en zondag staat een belangrijke wedstrijd op het programma. Gauw dus effe een paar uurtjes vooruitslapen.

Het is een half uur fietsen naar het hockeyveld. Kees stroopt zijn kousen omlaag en doet zijn scheenbeschermers uit. Het is veel te warm. Aanvoerder Gerard spreekt hem aan. “Hee kerel hoe gaat ie? Hoezo moe? Werk je nog steeds in dat distributiecentrum? Je bent gek.” Gerard vindt het maar niks dat Kees in een distributiecentrum werkt en nachtploegen draait. Dat gaat ten koste van slagkracht. De hockeywedstrijd van aanstaande zondag is een hele belangrijke. Kees denkt er het zijne van.

De warming-up is van korte duur. Tijdens de rekkingsoefeningen is er tijd voor een praatje. Onderwerp van gesprek zijn steevast gore moppen. De mannen met de grootste mond lachen het hardst. Kees lacht schaapachtig mee. Hij is nog niet lang bij de club en wil er graag bij horen. De moppen zijn van bedenkelijk niveau. “Wat krijg je als je pinokkio pijpt?” “Splinters in je mond!” Er wordt hard gelachen. “Waarom mag sperma niet heter zijn dan 40 graden?” “Anders gaat je leuter fluiten.” Gegrinnik in de groep.

Kees ligt in een deuk van het lachen. Alle hockeyers kijken hem bedenkelijk aan. De anders zo nuchtere en stille Kees moet nog harder lachen. Hij kan het niet uitleggen. Het is frapant hoezeer zijn hockeymaten overeenkomstig gedrag vertonen met de arbeiders uit het distributiecentrum? Alleen de tattoes ontbreken. Ze moesten eens weten. Kees herinnert zich plots het gesprek met de directeur van zijn school, dat hij afgelopen week had. De directeur van de Academie Beeldende Vorming had hem gevraagd hoe hij in hemelsnaam zijn kunststudie kon combineren met het spelen van tophockey. Dat waren toch totaal verschillende werelden? De directeur moest eens weten? Bulderend van het lachen hervat Kees de rekkingsoefeningen, zijn hockeymaten in verwarring achterlatend. Zou dronken Willem alweer aan het bier zitten?

[b][url=http://www.nrc.nl/wp-content/uploads/2010/12/ah-586×282.jpg]Mien BT[/url][/b]

[img align=left]http://musicalinfo.web-log.nl/photos/uncategorized/pinokkio4.jpg[/img]


Mien

Bewonder luidruchtig en verwonder in stilte

8 reacties

SIMBA · 16 juli 2011 op 09:15

🙂 Leuk verhaaltje!

Meralixe · 16 juli 2011 op 11:01

Mien, ik zie uw “dagelijkse” bijdrage aan column X die misschien wel door de zomerperiode in een stille komkommertijd beland is.
Mede daarom zeg ik het niet graag maar uw column mist spirit. Het verhaal is te slap en uw schrijven is te vlak.
O.K. Pally heeft met het etentje in de haven van Italië ook een zwak verhaal maar door een uimuntende schrijfwijze is ze er in geslaagd om kleur en sfeer te geven aan haar column.
Vergeef me deze opmerking, de beste stuurmannen staan aan wal. Laat ons een pint drinken.
:pint: :pint: :pint:

Mien · 16 juli 2011 op 11:38

Beste Meralixe, bedankt voor uw reactie.
Fijn dat u de juiste sfeer heeft opgepikt uit de column.
Het is altijd prettig om gewaar te worden dat lezers de column goed lezen en op hun waarde schatten.
Met uw opmerking betreffende het havenverhaal van Pally ben ik het niet eens.
Dat is geen zwak verhaal. Ieder verhaal kan en moet daarentegen positief kritisch commentaar doorstaan.

Mien

arta · 16 juli 2011 op 12:40

De monotone, bijna telegramstijl waarin dit geschreven is past perfect bij het onderwerp.

Waarom wordt een , overigens uitstekend geschreven verhaal van Pally, onder een column van Mien bijgesleept? :eh:

Libelle · 16 juli 2011 op 13:00

Laat ik nu al die fasen doorlopen hebben!
Van het distributiecentrum via de sportclub en eindigend op de zuipavond van de serviceclub; ze lachen even hard, al moet in de club het decorum eerst even op de korenwijn worden aangesloten.
En roes uitslapen? “Ik lees even bij”, zeg je tegen Lian of was het Lyan en die heeft dan ook een rustige middag.

Meralixe · 16 juli 2011 op 13:20

Het verhaal van Pally is het aankomen bij de haven en een stukje eten. Met deze (flauwe ) gegevens toch een prachtig stukje schrijven getuigt van grote kwaliteit wat ik trouwens ook als reactie op haar column in korte bewoordingen meegegeven heb.

Nu had ik deze column even nodig om mijn mening over “getapte mop” uit te leggen.Vandaar….

Nochtans was Mien in de eerste alinea ook goed begonnen met die sfeerschepping waar ik zo van hou maar daarna wordt het dus een “telegramstijl.”

pally · 16 juli 2011 op 17:07

De quasi stijve verteltrant vind ik wel een droogkomisch effect geven, Mien.
De laatste alinea vind ik wat minder. Misschien te lang of te uitleggerig of teveel vraagtekens?
Alles bij elkaar leuk genoeg.

Groet van Pally
( die hier plotseling in de reacties verdwaald is) :eh:

BKVDM · 17 juli 2011 op 10:19

Geschreven in een stijl die me wel bevalt. Het onderwerp vind ik wat minder, maar dat is een kwestie van smaak, denk ik. In deze stijl lees ik graag.

Geef een reactie

Avatar plaatshouder