Columbus

Bed uit, broek aan. Verdwaald en verdwaasd maar niet verdoofd naar buiten, het verlaten Amsterdam in. Zomernachten, onbeschrijflijk en opmerkelijk.

Zestien jaar en minstens vijftig uitroeptekens

Ergens in februari ontdekt ze de aankondiging voor Powerfest, een festival voor liefhebbers van alternatieve bands. Een dag voor haar zestiende verjaardag vindt het plaats en ze smeekt me om erheen te mogen. Het is niet haar: ‘Dan hoef ik verder echt niks voor mijn verjaardag,’ waar ik geen weerstand aan kan bieden. Het zijn haar ogen, die stralen bij de gedachte dat ze Oli en Craig van dichtbij kan meemaken.

Groeve(n)

Het leven in onze schuur bevalt goed. Stiekem denk ik zelfs, dat ik het hokkie straks ga missen, wanneer dat enorme woonpaleis klaar zal zijn. Maar zover is het nog lang niet. Er moet nog zo verschrikkelijk veel gebeuren. Maar doordat het bourgondisch vertoeven is in de schuur, is het vloerenleed vooralsnog draaglijk en bovendien onzichtbaar.

Berichten uit de zomerresidentie 2 – Nieuwe buren

Als de poten van de caravan zijn uitgedraaid en waterpas gezet, komen ze zich voorstellen. Een goede gewoonte. Fre en Tinie uit L., ze blijven een poosje. Het is een ongeschreven wet dat het initiatief voor de kennismaking uitgaat van de nieuwkomers. Als vaste seizoen gasten hebben wij de oudere rechten en heten we ze –conform onze status- van harte welkom. Ze vormen de voorhoede van een hele rits nieuwe gezichten die we de komende maanden naast ons zullen begroeten.

Kannibal(v)isme

Voor mijn zestiende verjaardag heb ik van mijn twee beste vriendinnen vijf goudvissen gekregen, waar ik natuurlijk zielsgelukkig mee was. Een week of vier hebben ze mijn kamer met hun oranje schubben liefdevol verwarmd. Tot de eerste stierf. Dat was niet zo gek – hij was een beetje achtergebleven in de groei, en had waarschijnlijk een kleine hersenafwijking. Zo stak hij zijn staart regelmatig in de bek van zijn kamergenoten, die hem toen per ongeluk met hun vlijmscherp geslepen tanden het hiernamaals in hielpen. Vervelend, maar tegen de “survival of the fittest” kunnen we natuurlijk niks beginnen.