Druppels

Regen, het geluid van de druppels die tegen mijn raam kletteren ontwaken me met een klap uit mijn droom en ik hoor de wind met geweld over het dak van mijn zolderkamertje razen. De rood verlichte cijfers van mijn digitale wekker schijnen in mijn gezicht. Het is stil in huis, ik loop zachtjes de trap af naar beneden en hoor de ademhaling van mijn vader en zusje van achter hun slaapkamerdeuren. Ik plens wat water in mijn gezicht, en met een zucht bedenk ik me dat het pas maandag is. Nog een week wachten…

Ach, sprinkhaantje!

Een harde wind met imponerende luchten trekt haar sporen over het avondstrand van de Loire-Atlantique. Het water heeft dezelfde antracietkleur als de lucht . De wolken met witte randen lijken het spiegelbeeld van de golven met schuimkoppen. Onze bus staat met zijn neus vlak voor dit schouwspel. We ruiken de zee en voelen de wind, ook al is het hefdak naar beneden en zijn alle ramen gesloten. Alsof we in een boot zitten.

Afstand

Ze haat haar jaloezie. Ze wantrouwt hem in ieder opzicht.
Als hij naar een andere vrouw kijkt weet ze het zeker, hij vindt haar zoveel mooier dan zij is.
Ze haat haar spiegelbeeld. Ze is niet meer wie ze was. Hij moet het zien. Hij moet zien dat ze zichzelf verwaarloost heeft tot iets wat geen mens nog mooi kan vinden, laat staan hij.
Ze haat het dat hij haar in zijn macht heeft. Haar gevoelens beïnvloed, iedere seconde van de dag.

Onbehagen

“Oma, ik hoef je niet meer te zien. Het is nooit leuk als ik bij je ben. Je maakt altijd gemene opmerkingen over mijn ouders, over mijn achterwerk, over je kamergenote. Je bent niet aardig. Ik wil je nog best een kaartje sturen met kerst. Maar langskomen, dat doe ik voorlopig niet meer.”